Afgelopen week kregen wij eindelijk de warmde dagen, en avonden, die ons beloofd waren en waar ik zo naar heb verlangd. De zon brandde heerlijk, mijn witte huid maakt plaats voor een klein bruin kleurtje, de uitgroei van mijn haar komt direct als een malle tevoorschijn en de luchtvochtigheid was er eentje om door een ringetje te halen (oké op de regenbuien na dan). But hey, life is good. And throw rocks when they can’t sell you lemons. En met stenen gooien wil ik. Mijn kleine tijger Jip is alweer te grazen genomen door de kat van de buren en dit keer recht in zijn rechteroog geraakt. Mijn moeders hartje huilt wanneer ik hem nu 4 keer op een dag in zijn pijnlijke oog moet zalven, (I know, zijn startblok strepen staan in mijn benen en nek..) zijn oog moet druppelen, (waarvan hij gaat kwijlen als een malle -zo zielig-) de pillen zijn zo gek nog niet, de leverworst is een welkome afwisseling en de druppels over zijn eten zijn ook aardig door de vingers te zien, fijn (deze zin is net zo lang als het verzorgingsritueel voelt). Voor mijn kleine vent doe ik alles, als hij zijn zicht (wat nu aan één oog weg is door een bloeding in zijn oog) maar behoud. Phoe.. opnieuw 10 grijze haren rijker deze week.
Maar de week was ook mooi, warm en wanneer meneer mij heeft vergeven dat ik hem met zalf in zijn oog heb geprikt, komt hij buiten heerlijk in de buurt liggen (met gepaste afstand en het herhaaldelijk inspecteren van de crime scene). En Orange is the New Black seizoen drie staat op Netflix (thank God for Netflix!) het liefst wil ik de hele serie opslurpen, maar de gedachte dat het hele avontuur over een paar dagen voorbij is, dat kan ik mijzelf nu ook weer niet aan doen. Dus tussen het lezen, zalven en zonnen kijk ik therapeutische OITNB afleveringen en eet ik delicatesse nootjes van de noten juwelier. En doe mij nou maar een lemon in mijn water, thanks, and I’ll throw the rocks later.